Voor de geliefden Valentin en Sonja is de liefde in het boek 'En ook de liefde' van D.Jančar zegenrijk, de bezetting van Slovenië door de Duitsers is in hun ogen een bijzaak. Het is 1941, plaats-en straatnamen veranderen in de Duitse versie maar zij wanen zich onkwetsbaar en schrijven elkaar onverminderd liefdevolle brieven.

Zij bevindt zich in Graz en hij, partizaan, zit opgesloten in bezet Ljubljana. Sonja denkt een mogelijkheid te zien om Valentin te bevrijden. Ze vraagt Ludek, een oude bekende, die zich als SS-officier nu Ludwig noemt, om haar geliefde vrij te laten in ruil voor een seksuele wederdienst. 
Het idee pakt dramatisch uit en wantrouwen en haat maken alles kapot. Ludwig buit Sonja seksueel uit, haar deportatie naar Ravensbrück is onvermijdelijk. En de liefde, hun liefde heeft haar kracht verloren ook al overleeft Sonja de oorlog.

De oorlog waarover Jančar schrijft is zo gruwelijk dat zelfs de liefde er niet tegen bestand blijkt. Daarom die veelzeggende titel 'En ook de liefde'.