‘Dagen als gras’ bestaat uit zes lange verhalen. Aan het uiterlijk van het boek is dit niet te zien, aanvankelijk dacht ik dat ik met een roman te maken had. Van ieder verhaal had Grondahl moeiteloos een roman kunnen maken, je zou ze ZKR, Zeer Kleine Romans kunnen noemen. Alle zes verhalen zijn karakteristiek en meeslepend opgebouwd en ieder verhaal speelt zich af in een andere tijd en op een andere plaats.

Ieder verhaal heeft een motto als inleiding. Het titelverhaal begint met een citaat uit ‘Dagboek van een plattelandskoster’ van St.St.Blicher. Het is een veelzeggend citaat voor een opmerkelijk verhaal en dito titel.

J. Chr. Grøndahl heeft een omvangrijk oeuvre op zijn naam staan. ‘Dagen als gras’ is zijn negentiende boek in Nederland. Zijn werk is veelvuldig gelauwerd en bekroond.

Ik houd van zijn werk, ik bewonder de wijze waarop Grøndahl erin slaagt zijn personages in korte tijd een eigen gezicht te geven. Ieder personages is markant en interessant, ik had deze mensen graag ontmoet.

De uitvoering van het boek is al even fraai als de inhoud. Het omslag draagt, net als bij zijn boek ‘Vaak ben ik gelukkig’, een afbeelding van kunstenares Sarah Siltala, bestaande uit een stilleven van vogel en kom. De schutbladen voor- en achterin het boek zijn dit maal ook versierd met het beeld van Siltala: een prachtig gebaar.