In ‘De nacht beeft’ beschrijft Nadia Terranova de enorme verwoesting die de aardbeving van 28 december 1908 aanrichtte in de Straat van Messina in het zuiden van Italië. In de Siciliaanse stad Messina stond bijna geen gebouw meer overeind en het aantal slachtoffers oversteeg de 100.000.

Tegen deze achtergrond volgt het verhaal afwisselend het perspectief van twee overlevenden, de elfjarige Nicola die, in Reggio Calabria, aan de Italiaanse kant van de Straat van Messina woont en Barbara, een twintigjarig meisje dat bij haar oma in Messina, de stad aan de Siciliaanse kant van de Straat logeert.
Het lot brengt Nicola en Barbara tussen de puinhopen bij elkaar in een situatie die hun beider levens voorgoed verandert. Die ontmoeting duurt kort en is anoniem, maar ze zullen elkaar nooit meer vergeten.

Een bijna hedendaagse roman waarin de problemen van toen, voor en na de ramp, symbool staan voor de problemen waar we nu nog steeds mee te maken hebben: seksisme, kindermishandeling en criminaliteit.

De omslag toont het seismogram van de aardbeving, een IV op de schaal van Mercalli.
Ik had voordat ik het ontroerende boek van deze Siciliaanse schrijfster las, nog nooit van deze vernietigende aardbeving gehoord.